Dagtekst van zaterdag 7 juli 2007

In het antieke Rome waren de priesteressen van Vesta, de …

07/07/2007

In het antieke Rome waren de priesteressen van Vesta, de godin van het gezin, ermee belast om dag en nacht het heilig vuur te onderhouden. Maar waarom dit vuur onderhouden? Indien het gedoofd was, kon men het weer aansteken, men leefde niet meer in prehistorische tijden. In werkelijkheid was dit vuur, onderhouden door de Vestaalse maagden, een symbool van het innerlijk vuur dat een mens nooit moet laten doven. De Vestaalse maagden vertegenwoordigden de goddelijke Moeder in haar zuiverste aspect. Want de zuiverheid is de voorwaarde van het vuur en het licht. De tegenwoordigheid van de goddelijke Moeder is onontbeerlijk voor het onderhouden van het vuur, het heilig vuur van de liefde. Ieder menselijk wezen moet in zijn ziel een maagd worden die het vuur aantrekt en onderhoudt, opdat het mannelijk principe in hem, de wil, de geest, het zou kunnen gebruiken om te scheppen. Want het vuur ligt aan de oorsprong van alle scheppingen. Inderdaad, vanaf de eenvoudige bereiding van een maaltijd tot het lanceren van een raket is het vuur onontbeerlijk. En dit is nog meer het geval voor het spirituele gebied.